Vissen hebben het moeilijk

Door het droge en warme weer vermindert de kwaliteit van het water. Bacteriën groeien harder en door bijvoorbeeld blauwalg en kroos komt er minder licht in het water en het zuurstofgehalte daalt. Dit zorgt soms voor happende vissen of vissterfte. Dit is naar om te zien en het kan gaan stinken. Waar mogelijk proberen we dit te voorkomen door vers water aan te voeren. In doge periodes is dit lastig, omdat er dan minder zoetwater is.
Wat kunt u doen?
Samen met de gemeente zorgen wij ervoor dat dode vissen uit het water worden gehaald. Bij kleinere aantallen gebeurt dit door medewerkers van de dierenambulance. Bij grotere aantallen halen beroepsvissers dode vissen weg. Ziet u ergens vissen drijven? Meld dit dan bij ons via 010 4537200 of bij uw gemeente. Ook kunt u helpen de kans op dode vissen te verkleinen. Bijvoorbeeld door eenden en vissen niet te voeren en honden of paarden niet te laten poepen bij of in het water. Etensresten en poep vormen namelijk een voedselbron voor algen, bacteriën en kroos.